Rekenschaak! - maakt schaken nog spannender en leuker

Inleiding

Wat ik aan het schaakspel zo leuk vind is dat ik alle zetten zelf bedenk en speel. Als het goede zetten zijn dan kon ik trots op mezelf zijn en als het minder goede zetten zijn, of zelfs blunders dan kan ik ook alleen mezelf de schuld geven.

Het schaakspel is dan ook een heel ander soort spel dan bijvoorbeeld Mens-erger-je-niet of Monopoly want daar speelt ook toeval een belangrijke rol. Iedere keer als je de dobbelsteen gooit of een kaart trekt zijn er vele mogelijkheden. Schaken kent geen “toeval”. Bij schaken wint dan ook meestal degene die het schaakspel het beste beheerst.

Als je nu heel vaak schaakt tegen iemand die ofwel het schaakspel veel beter beheerst of iemand die het een stuk minder goed beheerst, dan zal de uitslag van te voren al bijna vaststaan. Bijna iedere keer wint en verliest dezelfde speler. Zelfs het schaakspel kan dan wat minder leuk worden.

Toen ik hierover nadacht kreeg ik een idee. Ik moest “toeval” toevoegen aan het schaakspel en dan kon ineens iedereen weer winnen en niet alleen degene die het sterkste schaakt. Gelukkig had ik al vrij snel een idee hoe dit te doen en stap voor stap werd Rekenschaak geboren.

Rekenschaak is meer geworden dan alleen maar het toevoegen van toeval aan het schaakspel. Rekenschaak maakt iedere schaakpartij, ongeacht de speelsterkte van de beide spelers, weer spannend. Maar Rekenschaak is ook een manier van spelend leren rekenen. Het is ook gewoon een leuke variatie op het schaakspel om thuis of op de schaakclub te spelen én Rekenschaak is zeker niet alleen bedoeld voor kinderen.

Maar wat is Rekenschaak dan?

Rekenschaak bestaat uit een groot aantal kaartjes. Deze kaarten zorgen voor het toeval, voor het rekenen en bepalen uiteindelijk wie er wint.

Je begint met een normale schaakset en legt dan naast het bord, twee rokadekaarten, acht promotiekaarten en achtenveertig rekenkaarten. Daarnaast is er als “spiekbriefje” nog een kaart met de waarde van alle stukken. Je hebt verder alleen een papiertje en potlood nodig om de score op bij te houden.

Er wordt vervolgens volgens de normale schaakregels geschaakt., alleen wint niet degene die mat zet, maar degene die de meeste punten verzameld. Dat verzamelen van punten doe je doordat je een rekenkaart moet pakken iedere keer als je een stuk slaat. Op een rekenkaart kan bijvoorbeeld staan: “Waarde geslagen stuk x 3”. Als je dan een toren hebt geslagen heb je dus 5 x 3 = 15 punten verzameld. Natuurlijk zijn alle 48 rekenkaarten verschillend en kan het ook gebeuren dat je punten verliest.

Om het nog iets spannender te maken zijn er nog twee andere soorten kaarten, de rokadekaart en de promotiekaart.

De rokadekaart krijg je als je rokeert. Deze kaart kan iedere speler dus ook maar één keer krijgen. De rokadekaart kun je gebruiken als je medespeler in een beurt heel veel punten scoort, want als je dan de rokadekaart inlevert dan halveert het aantal punten dat de ander in die beurt krijgt.

De promotiekaart krijg je als een pion de overkant haalt. Deze kaart kun je gebruiken wanneer je wilt en je krijgt dan in die beurt het dubbele aantal punten.

Het klinkt misschien allemaal nog wat moeilijk als je het zo leest, maar als je het eenmaal gaat spelen blijkt al snel hoe eenvoudig, leuk en spannend Rekenschaak is.

Een reactie van een van de kinderen was dan ook: “Je hebt die handleiding eigenlijk helemaal niet nodig!”

Spelend leren

Voor volwassenen zal Rekenschaak voornamelijk een leuk spel zijn, een variatie op het gewone schaakspel, maar kinderen leren al spelend. Ze oefenen al spelend het (hoofd)rekenen en ook voor het schaken zitten er leerelementen in. Zo maakt bijvoorbeeld het willen hebben van de rokadekaart dat kinderen eerder zo gaan spelen dat ze ook werkelijk rokeren. Ze leren ook beter te kijken op het bord naar stukken die ze kunnen slaan of die geslagen kunnen worden. Ze leren ook dat verloren staan een momentopname is en dat kansen vele malen kunnen keren.

Rekenschaak kan op vele manieren en op vele plaatsen worden ingezet. Wat de spelers er minimaal uit zullen halen is een leuk spannend spel met een niet voorspelbare uitslag.

Rekenschaak in de praktijk

Natuurlijk ben ik als bedenker en maker van Rekenschaak overtuigd en enthousiast over dit product, daarom is het misschien ook eerlijker om zonder iets aan te passen de reactie hier te delen die Judith van Amerongen van Schaakschool Polgar mij gaf. Zij was de eerste die Rekenschaak bestelde en ik was dus erg benieuwd naar haar ervaringen. 

Dit is wat ze mij liet weten ....

"Toevallig heb ik net gisteren voor de eerste keer het rekenschaak gebruikt! En het beviel goed. Ik had vooraf blaadjes gemaakt waarop we de scores konden bijhouden. De eerste partij speelde ik tegen een leerling van me. Dat werd een hilarische partij omdat ik elke keer ongeveer de slechtst mogelijke kaart trok en hij alleen maar hele goede. Ik werd dan ook volledig in de pan gehakt. Hij vond het uiteraard erg leuk. Daarna heb ik kinderen het tegen elkaar laten spelen en ook zij waren erg enthousiast. Ook een moeder vond het erg leuk omdat ze er achter kwam dat haar zoon van 6 al veel beter kon rekenen dan zij dacht. Ik moest plechtig beloven dat ik de kaarten volgende week weer meeneem. Een zeer geslaagde eerste ervaring dus, ik ga het zeker vaker gebruiken." (Judith van Amerongen - Schaakschool Polgar).

Het leuke aan deze reactie is ook dat het helemaal overeen komt met mijn eigen ervaringen bij twee schaakclubs waar ik het zelf uitprobeerde.

Tot slot

Mocht je nog meer willen lezen over Rekenschaak, of het willen bestellen dan kan dat op Rekenschaak.nl

Als er nog vragen zijn dan kan er uiteraard altijd met mij contact worden opgenomen, mijn emailadres is huub@schaakmaarraak.nl

Natuurlijk kun je me ook gewoon aanspreken op de grote Chessity bijeenkomst op 13 november aanstaande, waar ik tevens een van de workshops zal verzorgen.

Huub van der Logt
Schaak maar raak!

huub@schaakmaarraak.nl

schaakmaarraak.nl
ik.schaakmaarraak.nl
shop.schaakmaarraak.nl
rekenschaak.nl